Een collega bij de pomp zag de cover van Vrouwentongen en riep: ‘Wow, wat een stuk. Breng me alsjeblieft in contact met deze vrouw.’
Ik zei: ‘Ze staat hier voor je.’ Maar hij bedoelde de cover, de vrouw in groene draden, het model dat stikt in spinsels. Hij bleef er maar naar kijken, en ik hoop dat hij binnenkort het boek openslaat en zal lezen.
Verder huilen de wolken, uiteraard, aangezien jij nu niet hier bent. Je liet me vrij; en ik weet me geen raad met vrij. Ik ben een hond die van de ketting af mag. Ik ben de hond die op je wacht. De hond die doolt en weer gaat liggen bij de deur. De hond die slaapt en wacht. Altijd.
hond